Klik hier voor grote foto (met gegevens)
- ALLES over dit onderwerp
- LIJST "plaatje & praatje"
- HOME    www.documentatie.org
Roede   van  raam

Vensterglas kan al zo'n honderd jaar in vele maten en soorten geleverd worden. Dat was niet altijd zo. De geschiedenis van het venster is nauw verweven met de productie van glas, eerst in kleine schijfjes, later wat grotere ruitjes en tenslotte flinke glasplaten. Zolang een raam nog niet in een keer gevuld kan worden met één stuk glas, is een hulpmiddel nodig.
Voor de eerste kleine stukjes glas waren in de Middeleeuwen de loodstrips, die het glas-in-lood vaak een fraai lijnenspel konden geven. Toen de ruiten groter werden waren stevige houten roeden nodig. Normaal vormen deze rechthoeken, maar bij onder meer in bovenlichten kan ook een rijk patroon ontstaan. Niet zelden is het materiaal dan gietijzer, waarmee gemakkelijk en goedkoop allerlei vormen te maken zijn. Bij gietijzeren ramen zijn omlijsting en roeden vaak als één stuk gegoten. Ook in beton is dit mogelijk.
Het patroon van de roeden heet de roedenverdeling. Zijn er veel ruitjes, dan spreken we van een kleine roedenverdeling. Bij minder ruiten wordt het raam vaak benoemd naar het aantal: vierruits raam, zesruits raam, enz. Het schuifvenster heeft vanaf het eind van de 19e eeuw vaak een ongedeeld bovenraam en een onderraam met alleen één middenroede, het wordt T-raam genoemd naar de T-vorm die je kunt herkennen in deze middenroede samen met de wisseldorpel (maar die is géén roede).

Tekst: Jean Penders (04-2005). Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders